Doorheen het schooljaar werken we rond de jaarfeesten en het ritme van de natuur.
Voor de peuters en kleuters is dit heel intensief. De jaarfeesten en seizoenen vormen zowat de basis voor de liedjes, verhalen en knutselwerkjes in het dagritme van het kleuterhuis. Elk klasje heeft ook een siezoenstafel die met de natuur en de jaarfeesten sfeer geeft en de toon zet in de klas.
In de onderbouw (klassen 1 t.e.m. 4) is dit al wat minder maar nog steeds zeer aanwezig doorheen de vertel- en sport- en spelmomenten en de nog sterk aanwezige seizoenstafel.
Vanaf de middenbouw (klassen 5 t.e.m. 8) worden de jaarfeesten nog wel gevierd maar wordt er minder nadruk gelegd en minder naartoe geleefd doorheen de lessen en verdwijnt geleidelijk aan de seizoenstafel in de klas.
De bovenbouw (klassen 9 t.e.m. 12) wordt vooral het Sint Jansfeest nog intensief gevierd. Het Sint Jansfeest wordt indien mogelijk met de hele school samen gevierd en vormt zo ook een mooie, uitbundige, feestelijke afronding van het schooljaar.
Hieronder kan je meer lezen over de bepaalde jaarfeesten in chronologische volgorde voor een schooljaar.
Het Michaëlsfeest valt eind september. Dan trekken we met de hele basisschool naar de zee – soms naar het bos – om daar een grote vorm in het zand uit te graven met alle klassen samen. Leerkrachten en leerlingen en ouders werken samen aan één groot bouwwerk.
Een fanfare luidt de komst van de draak in die door Ridder Joris verslaan wordt. Ridder Joris wordt bijgestaan door aartsengel Michaël.
Er wordt veel gezongen rond en in het bouwwerk en nadat de draak verslaan is, wordt er gesmuld van lekker broodjes die door ouders gebakken werden.
Als we kijken naar de seizoenen valt het Michaëlsfeest aan het prille begin van de herfst. Mensen nemen afscheid van de zomer en bereidden zich voor op de steeds verdonkerende helft van het jaar. De dagen en nachten zijn nu even lang. We zitten midden op de wip tussen licht en donker in de natuur, warmte en koude. Die warmte en koude verschillen kunnen we vaak ook aan den lijve ervaren. Ochtenden kunnen reeds koud aanvoelen, snijden in je blote handen op de fiets terwijl je die middag nog de warmte van de zon kunt voelen binnendringen in alle cellen van je lijf eens de nevels zijn opgeklaard.
“De uiterlijke begrenzingen van het mensenlichaam vormen ook een scheiding tussen buiten- en binnenwereld, in de zomer uiterlijk bloeiend en mooi, innerlijk minder bewoond of verlaten. Voor veel mensen is de stap naar buiten in het voorjaar, naar een zonovergoten herkenbare uiterlijke natuur, vanzelfsprekender dan de stap naar binnen in het najaar, naar een duistere onbekende innerlijke zielewereld.”
Wanneer we na de zomer terug meer in huis vertoeven, hebben we vaak tijd nodig om dat huis terug volledig in te leven. In de natuur gaat dit proces gepaard met weer en wind. Zo gaat het eigenlijk ook met onze lichamelijke ’thuis’. Na het uitwendige leven en beleven tijdens de zomermaanden hebben we even tijd nodig terug vertrouwd te raken met onze innerlijke thuis. Dit gaat ook daar soms gepaard met innerlijke onrust.
Aartsengel Michaël helpt dan om de eigen zomervruchten te verzamelen, de groei vanwege uiterlijke belevenissen tastbaar te maken en om te vormen tot innerlijke kracht. Michaël helpt ons te strijden tegen innerlijke obstakels die deze innerlijke groei tegenwerken.